Een groot deel van de 270.000 burgerhulpverleners in Nederland wordt niet meer opgeroepen om iemand te reanimeren. 30 procent van deze groep heeft namelijk geen opfriscursus gevolgd of niet recent iemand gereanimeerd, waardoor ze niet voldoen aan de vereisten van een burgerhulpverlener. Dat blijkt uit cijfers van HartslagNu. Zeeland scoort slechter dan het gemiddelde, hier voldoet 33% van de hulpverleners niet meer aan de eisen.
Ondanks het zorgwekkende percentage aan burgerhulpverleners dat niet meer aan de gestelde vereisten voldoet, gaat het wel bijzonder goed met het aantal aanwezige AED’s. Dit staat voor Automatische Externe Defibrillator, een draagbaar apparaat dat bij een hartstilstand het hartritme weer kan herstellen. Hoe eerder je een AED inzet, hoe groter de overlevingskans. Zo’n apparaat wordt bij voorkeur bediend door burgerhulpverleners die kunnen reanimeren en enige ervaring met een defibrillator hebben. Deze groep mensen wordt dus echter steeds kleiner.
Zeeuws-Vlaamse gemeenten
Opvallend is dat uit onderzoek van hetzelfde bureau blijkt dat er wel steeds vaker een vrijwilliger aanwezig is op het moment dat er een noodoproep wordt geplaatst. Over 2022 was bij ruim 80% van de oproepen iemand op tijd aanwezig. Dat was in 2019 nog maar 60%. De drie Zeeuws-Vlaamse gemeenten scoren wisselend als het gaat om de hoeveelheid AED’s die aanwezig zijn. Zo zijn er in Sluis 51 apparaten aanwezig, en betekent dit voor 74% van de inwoners dat ze binnen 500 meter van een AED wonen. In Hulst zijn er 44 apparaten en wonen 65% van de mensen binnen 500 meter. Terneuzen scoort relatief het beste met 75 apparaten en 81% van de inwoners binnen 500 meter.
Door: Johnny Willeboordse - GO-RTV
Bron: HartslagNu