Tegenvallende cijfers North Sea Port

De bedrijven in North Sea Port boeken dit jaar veel minder goederenoverslag dan een jaar geleden. Via de zeevaart is de overslag met 11,6 procent afgenomen, via de binnenvaart kwam 3,8 procent minder binnen dan in de eerste negen maanden van 2022. Deze tegenvallende cijfers komen voor het havenbedrijf niet als een verrassing: “Gezien de wereldwijde afgenomen vraag, energieprijzen en geopolitieke spanningen in Europa en het Midden-Oosten is het niet verwonderlijk dat de overslag dit jaar daalt.”

In vrijwel elke categorie is een daling te zien binnen de bedrijven in North Sea Port. Toch kan het grensoverschrijdende havengebied nog altijd indrukwekkende cijfers overleggen. Zo is er tot nu toe een goederenoverslag van 49,6 miljoen ton via zeevaart. Via de binnenvaart kwam 46,8 miljoen ton de haven binnen. De grootste daling is te zien bij de massagoederen. Vloeibare bulk (diesel, biodiesel en nafta) daalt met 15,2 procent en komt uit op 11,2 miljoen ton. Droge bulk (vaste brandstoffen zoals kolen, ertsen en bouwmaterialen) boekt 12,7 procent minder overslag en komt op 26,7 miljoen ton.

Voedingsproducten
Er is één opvallende uitzondering te zien in de cijfers in de eerste drie kwartalen van 2023. Zo is er één soort goederen vaker binnengehaald door bedrijven binnen het havengebied ten opzichte van vorig jaar. Deze stijgende lijn is te zien bij voedingsproducten. Dit ging met 0,9 procent omhoog. De overslag van producten van de metaalindustrie blijft op een gelijk niveau, en dat mag dus ook als een klein lichtpuntje gezien worden.

Afwachten
De daling in de goederenoverslag via zeevaart laat zich voornamelijk zien bij de import (-13,1 procent). Bij de export is de daling met 7,7 procent kleiner. De verhouding tussen import en export is daarbij in dit geval wel duidelijk in het nadeel. 71 procent gaat om import, 29 procent om export. Ondanks de dalende cijfers kijkt het bedrijf niet direct pessimistisch naar de komende maanden: “Het is afwachten wat de komende maanden zullen geven.”

Door: Johnny Willeboordse - GO-RTV