Het legendarische tv-programma Te land, ter zee en in de lucht is afgelopen zaterdag begonnen met een gloednieuw seizoen. Aan het onderdeel ‘Snel naar de Bel’ doen drie deelnemers uit Zeeuws-Vlaanderen mee om de overwinning. In hun voertuig, genaamd Kapitein Rooibos, hebben zij de eer van de regio in ieder geval hoog gehouden: “Het ging goed. We hebben de bel gehaald, maar of we ook hebben gewonnen, kunnen we natuurlijk niet verklappen”, aldus deelnemer Devy Bruggeman uit Zaamslag.
Voordat Devy Bruggeman, Fenno Alewijnse en Marlies Bruggeman-Guiljam in de Efteling begonnen aan hun race naar de bel, zijn er veel uren besteed aan de voorbereidingen. “Er zit zo’n 100 uur werk in”, vertelt de 25-jarige Devy. Het meedoen aan het programma maakte de hoge verwachtingen meer dan waar: “Alles was goed geregeld en het was heel leuk om mensen zoals Johan Vlemmix rond te zien lopen. Dat geeft je echt het gevoel van Te land, ter zee en in de lucht natuurlijk.”
“Laat Devy maar springen.” - Marlies Bruggeman
Spanning
De zenuwen sloegen wel even toe bij de deelnemers voordat het startschot ging: “het was wel even spannend, maar dan kijk je nog een keer naar beneden en ga je gewoon”, vertelt een nuchtere Devy. Ook de 27-jarige stuurvrouw Marlies voelde de spanning door haar lichaam: “Als je daar dan staat zie je toch dat het best hoog is.” Toch was het aan haar de taak om het voertuig veilig naar beneden te sturen: “Je krijgt een enorme klap als je van de piste op het rechte stuk komt, dan moet je echt goed vasthouden.” Eenmaal bij de bel aangekomen lag alle verantwoordelijkheid bij Devy: “Hij maakte heel langzaam een knoopje los, toen dachten we wel 'schiet nou op'. Maar uiteindelijk hebben we ons doel gehaald.” Over de rolverdeling is Marlies in ieder geval tevreden: “Laat Devy maar springen.”
Door: Johnny Willeboordse