Kunstmestfabriek Yara in Sluiskil gaat als eerste bedrijf ter wereld om klimaatredenen CO2 per schip afvoeren naar het buitenland. In 2026 moet 800.000 ton afgevangen en getransporteerd worden naar Noorwegen. Daar wordt de CO2 opgeslagen in een leeg gasveld onder de Noordzee.
Yara had al langer het plan om dit te doen. En nu heeft het bedrijf afspraken gemaakt met het ministerie van Economische Zaken en Klimaat in Den Haag. Het gaat om een investering van 194 miljoen euro in de fabriek in Sluiskil, waarvoor 30 miljoen euro subsidie wordt verleend. Yara is een van de grote industriële bedrijven waarmee demissionair minister van Economische Zaken Adriaansens individuele afspraken maakt over het terugdringen van de C02-uitstoot.
Noorse moederbedrijf
In totaal wil de kunstmestfabriek in 2030 1,5 miljoen ton minder CO2 uitstoten ten opzichte van de 3,2 miljoen ton in 2020. De fabriek in Sluiskil stoot nu jaarlijks direct 1,8 miljoen ton CO2 uit en via de producten die het maakt indirect nog eens zo'n 1,4 miljoen ton. Yara Sluiskil is verheugd dat het Noorse moederbedrijf met het CO2-afvangproject besloten heeft fors te investeren in de grootste kunstmestfabriek van Europa. Afgelopen jaar werd de productie in Zeeland nog tijdelijk afgeschaald vanwege de hoge gasprijzen in Nederland.
Leeg gasveld
Het personeel uit Zeeuws-Vlaanderen heeft al ervaring met het afvangen van CO2 in het productieproces voor het maken van kunstmest. Het wordt nu onder meer gebruikt voor de productie van koolzuur in frisdranken en bier. De schepen met vloeibare CO2 moeten in 2026 via het kanaal van Gent naar Terneuzen en de Westerschelde, de Noordzee over. Ten noordwesten van de Noorse stad Bergen, in Øygarden, liggen de faciliteiten van het CO2-opslagproject Northern Lights. Hier meren de schepen aan. Vervolgens wordt de CO2 via een honderd kilometer lange pijpleiding in een leeg gasveld onder de Noordzee gepompt. Daar wordt het op 2,6 kilometer diepte opgeslagen.
Dit is een bericht in samenwerking met de NOS